Lassen van metalen
Lassen is een verbindingstechniek waarbij metaaldelen verbonden worden door gebruik te maken van warmte of druk. Bij lassen liggen de smeltpunten van de basismaterialen en de eventuele toevoegmaterialen dicht bij elkaar.
Lasklassen
De verschillende lasprocessen zijn opgedeeld in zeven klassen, waarbij de lasprocessen van klasse I het minst milieubelastend zijn en de lasprocessen van klasse VII het meest milieubelastend.
De klassenindeling is afhankelijk van het toegepaste lasproces, soort en hoeveelheid las-toevoegmateriaal, elektrode en het te lassen materiaal.
- MIG/MAG lassen
- TIG lassen
- Laser lassen
- Robot lassen
Tips bij het lassen
Daarnaast worden ongewenste hardingsverschijnselen voorkomen, omdat de afkoelsnelheid na het lassen wordt verlaagd. Hierdoor minimaliseer je het risico op koudscheuren. Het aanwezige waterstof (dat scheuren veroorzaakt) heeft door het voorverwarmen meer tijd om uit het materiaal te trekken. Een tweede reden om de afkoelsnelheid laag te houden is dat hierdoor bindingsfouten voorkomen worden. Wanneer het materiaal te snel afkoelt heeft het te weinig warmte over om de laskanten tijdig aan te smelten.
Maak bij het meten van de tussentemperatuur gebruik van een contact temperatuurmeter. Deze zijn heel precies. Meters als infraroodtemperatuurmeters kunnen door reflectie afwijken en zijn daardoor minder betrouwbaar.
MIG/MAG-lassen
Bij MIG/MAG-lassen wordt de van een spoel door een aanvoermotor toegevoerde draadelektrode kort bij het verlaten van de lastoorts door een contacttip van stroom voorzien, zodat de vlamboog tussen het draadelektrode-uiteinde en werkstuk kan branden. Het beschermgas stroomt uit de beschermgaskop, die de draadelektrode concentrisch omgeeft.
Hierdoor wordt het lasmateriaal tegen het binnendringen van de atmosfeergassen zuurstof, waterstof en stikstof beschermd. Het beschermgas heeft naast de beschermingsfunctie ook nog andere functies. Aangezien het de samenstelling van de vlamboogatmosfeer bepaalt, worden ook het elektrische geleidingsvermogen en de laseigenschappen beïnvloed. Daarnaast beïnvloedt het beschermgas door toe- en afbrandprocessen de chemische samenstelling van het lasmateriaal en heeft het dus ook een metallurgisch effect.
TIG-lassen
Met betrekking tot de te verwerken materialen, materiaaldiktes en lasposities is het TIG-lassen een universeel toepasbare lasmethode. Met TIG-lassen maakt u lasverbindingen van de allerhoogste kwaliteit. De TIG-lasmethode – de volledige benaming voor deze methode is volgens de Duitse norm DIN 1910 – deel 4 wolfraam-inertgaslassen – en is afkomstig uit de VS, waar het sinds 1936 bekend staat onder de naam argonarc-lassen
Metalen materialen die voor lassmelten geschikt zijn, kunnen met deze lasmethode worden bewerkt. Het is bovendien een zeer "schone" lasmethode, die nauwelijks spatten en weinig schadelijke stoffen genereert en bij de juiste toepassing een hoogwaardige lasverbinding garandeert. Een bijzonder voordeel van het TIG-lassen in vergelijking met andere lasmethodes, die met afsmeltende elektroden werken, is de ontkoppelde toevoeging van las-toevoegmateriaal en stroomsterkte. De lasser kan daardoor de stroom optimaal afstemmen op de lasopdracht en de hoeveelheid las-toevoegmateriaal toevoegen die daadwerkelijk nodig is.